De Wmo is er als u thuis hulp nodig heeft om zelfstandig te blijven wonen. Maar ook als u thuis woont en wilt meedoen aan activiteiten met andere mensen.
Bespreek uw zorgwens altijd eerst met uw huisarts en familie. Het kan namelijk zijn dat uw zorg niet uit de Wmo wordt vergoed, maar uit de Wet langdurige zorg (Wlz), de Zorgverzekeringswet (Zvw), of een combinatie van de Wmo, Wlz en ZvW.
Krijgt u mantelzorg of bent u mantelzorger? Dan wordt uw hulp ook via de gemeente geregeld uit de Wmo.
Wilt u meer weten over de Wmo? Neem dan contact op met het Wmo-loket van uw gemeente.
Een Wmo aanvraag wordt beoordeeld door uw gemeente. Bereid uw Wmo aanvraag goed voor met een persoonlijk plan. Daarmee helpt u uw ideeën en wensen over de zorg en thuisomgeving op een rij te zetten. De gemeente en zorgaanbieders gebruiken uw persoonlijk plan bij het maken van afspraken over de aan u te leveren zorg.
De Wmo-aanvraag gaat via het Wmo-Loket van uw gemeente. Vindt u het moeilijk om met uw gemeente te praten? Vraag dan hulp van een onafhankelijke cliëntondersteuner. Uw gemeente regelt deze gratis, als u dat wilt.
Na uw Wmo-aanvraag belt een medewerker van de gemeente u voor eventueel aanvullende informatie. Of de medewerker maakt een afspraak bij u thuis. Uw mantelzorger of familie is altijd welkom bij het gesprek.
U ontvangt het Wmo-besluit van uw gemeente per brief. Meestal binnen 6 weken na uw aanvraag. In het besluit staat op welke zorg of ondersteuning u recht heeft en waarom.
Heeft u een afwijzing gekregen van uw gemeente? Dan is in eerste instantie een bezwaarschrift en later beroep mogelijk. U schrijft uw bezwaar en stuurt deze per post binnen 6 weken naar de gemeente waar u de afwijzing van heeft gekregen. Indien gewenst met hulp van onze zorgexperts.
Wijst de gemeente uw Wmo-aanvraag af? Dan is het niet mogelijk om een Wmo-aanvraag te doen bij een andere gemeente.
Bekijk ook veelgestelde vragen over zorg regelen: